U gebruikt een verouderde browser. Om die reden werkt deze site wellicht niet naar behoren.Direct naar hoofdinhoud

Vijf broden en twee vissen – Ndimby

Met eenvoudige materialen (stukjes bamboe, verf, lijm, blaadjes en stro) en gereedschappen (mesjes, tangetjes, een schaar en een onderblad) fraaie werken creëren. Het is een kunst die zich wereldwijd verspreid heeft. Het wordt als volkskunst beschouwd en ontstaat als vanzelf in landen waar bamboe groeit en mensen de mogelijkheden ontdekken. Toch is er onder deze volkskunst veel variatie te ontdekken. De composities en de gekozen thema’s zijn geheel door de maker gekozen. Wel vindt vaak aanpassing aan de smaak van toeristen plaats. Toepassing op Bijbelse thema’s komt minder vaak voor.

 

Het hier uitgebeelde verhaal over Jezus staat bekend als de wonderbare spijziging. Het kind brengt de  vijf broden en twee vissen en geeft die aan Jezus. Een discipel ziet toe. De kledingstijl is uit het dagelijkse plattelandsleven van Madagascar. De salaka, de lange lamba of smalle (30cm) maar lange (tot wel 3 meter) doeken zijn over het bovenkleed van linnen of katoen (lamba oany) gedrapeerd. Ook de strooien Merina hoeden getuigen van het eiland. Het gebruik van kleuren in aanvulling op het natuurlijke materiaal is specifiek voor deze kunstenaar en dat geldt ook de blauw geschilderde ondergrond.

 

De kunstenaar heet voluit Rasolomandimby Julien Désiré, maar iedereen noemt hem Ndimby. Hij werd op 16 juni 1957 geboren in Fenoarivo op Madagascar, het grote eiland voor de kust van Oost-Afrika. Hij groeide op in een gezin met acht broers en zusters. Zijn vader was smid en overleed toen Ndimby tien jaar oud was. Zijn moeder was kleermaakster. Na de basisschool werd hij leerling op een technische school. Hij is getrouwd en heeft twee kinderen: dochter Fenitra (1985) en zoon Njiva (1987). Sinds 1981 is Ndimby kunstenaar en heeft hij zich gespecialiseerd in het maken van bijzondere volkskunst. Schilderijtjes voor de toeristenindustrie, correspondentiekaarten, zelfgemaakt papier waarin gedroogde bloemblaadjes zijn verwerkt en in leer gebrande spreuken. Afzet vindt hij bij toeristen maar ook via liefdadigheidsinstellingen, scholen, boekwinkels in de buurt en aan geïnteresseerden in zijn kunst. Zijn werk werd ontdekt op de Wereldzendingsconferentie in Bahia, Brazilië in 1996.